Bron: Haarlemmermeer, schets van historie en ontwikkeling -
’Gemeente Haarlemmermeer - Sociografisch Bureau De Meerlanden’
Cruquius.
Historie.
De ontstaansgeschiedenis van Cruquius vertoont in grote lijnen dezelfde trekken als de eerste ontwikkeling van Lijnden en Buitenkaag Ook hier ontstond, in de periode van de droogmaking, langs de dijk en in de nabijheid van het "bij het begin van het Spaarne" gesitueerde, stoomgemaal, een concentratie van bewoners voornamelijk arbeiders betrokken bij de drooglegging van het meer. Het zo ontstane dorp ontleende, evenals het stoomgemaal, zijn naam aan Nicolaas Cruquius,
"den Toeziener van Rijnland, die", aldus Gevers van Endegeest, "in 1742 op last van Hoogheemraden een ontwerp tot drooglegging van het Haarlemmermeer vervaardigde, waarbij voor het eerst op een uitwatering te Katwijk werd gerekend"

Over het stoomgemaal staat in "Van Bruisend Water tot Ruisend Graan" o.a. vermeld, dat deze sinds zijn inwerkingtreden in 1849 nooit een belangrijke vernieuwing heeft ondergaan. Omdat de wel gemoderniseerde gemalen Leeghwater en Lijnden de bemaling later alleen aankonden, werd de Cruquius in 1933 buiten werking gesteld. Spoedig ontstond het idee dit nu "werkloze" stoomgemaal in zijn oorspronkelijke staat te behouden en als museum in te richten. Dit denkbeeld werd reeds kort daarna, in 1934, verwezenlijkt toen, op initiatief van het Koninklijk Instituut van Ingenieurs en met medewerking van het polderbestuur, de "Stichting de Cruquius" werd opgericht. Onder auspiciën van deze stichting is in het stoomgemaal een blijvende expositie ingericht met een groot aantal bezienswaardigheden op het gebied van de waterbeheersing in Nederland Tot de inventaris van het museum behoort naast de oude stoommachine met zijn acht zuigerpompen o.a. ook een grote maquette van Nederland, waarop te zien is hoe het lage land door dijken is beschermd en door gemalen wordt drooggehouden.
Naast het museum bevindt zich het in 1973 heropende, volledig gerestaureerde oorspronkelijke theehuis "De Cruquius". Hierbij behoort een speciale accommodatie voor de ontvangst van het museum bezoekende gezelschappen
Niet alleen de aanwezigheid van het stoomgemaal maar vooral ook de, verkeerstechnisch gezien, gunstige ligging is van wezenlijke betekenis geweest voor de ontwikkeling van Cruquius als woon- en vooral ook werkgebied.
De buurtschap Cruquius is, volgens Van Paassen cs, zeker tot 1920 "een landbouwbuurt van weinig allure" geweest, waarvan de bewoners voor hun voorzieningen vrijwel geheel op het aan de overkant van de ringvaart gelegen "welvarende" Heemstede georiënteerd waren De eerste tientallen jaren na de drooglegging werd de verbinding met deze plaats onderhouden via een pontveer. Eerst in 1872 kwam er, dankzij subsidies van de gemeenten Haarlemmermeer en Heemstede, een brug tot stand. De aanwezigheid hiervan zou later een belangrijke stimulans blijken voor de ontwikkeling van de woonkern. De thans op de brug aansluitende provinciale weg Haarlem-Hilversum, die de buurtschap Cruquius doorsnijdt, heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld tot een belangrijke verkeersader. Telde men op deze weg in 1958 op een drukke dag nog ongeveer 6.000 motorvoertuigen, vandaag de dag (1975) zijn dat er globaal 30 a 35.000.

Het huidige Cruquius (1975 dus!).
Cruquius geniet niet alleen bekendheid vanwege zijn, als museum ingerichte monumentale stoomgemaal maar ook vanwege het hier in de jaren tussen 1965 en 1970 als bungalowdorp gebouwde epilepsiecentrum "De Cruquiushoeve". Laatstgenoemde nederzetting, met een oppervlakte van ca. 50 ha., is gesitueerd op de gronden van de vroegere boerderij van die naam en heeft een bevolking van ruim 600 bewoners waarvan ongeveer 100 interne personeelsleden. Het betreft hier één van de beide centra van het Instituut voor Epilepsiebestrijding. Het andere centrum, bekend onder de naam "Meer en Bosch", en daterend uit het einde van de vorige eeuw, ligt op enkele kilometers afstand in de gemeente Heemstede. De relatie met Haarlemmermeer komt ook reeds in deze naam tot uitdrukking. In totaal bieden de centra plaats aan ca. 700 patiënten en wordt er arbeid geboden aan ca. 600 personeelsleden. Hoewel er een bepaalde taakverdeling tussen beide centra bestaat, functioneren ze in feite alseen eenheid. Er is dan ook één bestuur,, één directie en één medische en deskundige staf. De werkverdeling bestaat hierin dat "Meer en Bosch" vooral patiënten opneemt die na een behandeling van enkele maanden weer naar huis toe kunnen, terwijl op "De Cruquiushoeve" de meerderheid van de patiënten langduriger is opgenomen, zij het met uitzondering van de meeste kinderen.
Voor deze kinderen zijn op deze hoeve uitgebreide voorzieningen aanwezig wo. een kinderboerderij, een volière met allerlei exotische vogels, een verkeerstuin - waar overigens ook de ouderen van meeprofiteren - en niet in de laatste plaats een grote 12 klassige school met allerlei hulplokalen, w.o. een gymlokaal en een eigen keuken.
Belangrijke algemene voorzieningen in deze geheel eigen leefgemeenschap zijn voorts de tevens voor allerlei culturele activiteiten beschikbare kerkzaal met bijzalen, een winkel, een postagentschap en een grote sociale werkplaats met uitgebreide tuinafdeling, waar het merendeel van de hoevebewoners dagelijks werkt.
Liggen het historisch stoomgemaal en "De Cruquiushoeve" beide ten noorden van de reeds genoemde provinciale weg, ten zuiden hiervan bevindt zich de voornaamste woonbebouwing van de kern, vooral gesitueerd aan de oude verbindingsweg met Heemstede, de z.g. Oude Kruisweg.
Er zijn hier ook enkele winkels alsmede een dorphuis ten behoeve van allerlei dorps- en verenigingsactiviteiten. Laatstgenoemde semi-permanente accommodatie, welke begin 1974 officieel kon worden geopend, kwam vrijwel geheel tot stand dankzij de financiële en ook daadwerkelijke medewerking van de bevolking.

Mede door de gunstige ligging ten opzichte van Haarlem en Heemstede hebben zich in de loop der jaren ter plaatse een aantal belangrijke bedrijven ontwikkeld die, in 1973, in totaal reeds zo’n 900 arbeidsplaatsen telden. Deze bedrijven w.o. enkele belangrijke bouwondernemingen en cash en carrybedrijven, zijn voornamelijk geconcentreerd op het industrieterrein ten zuiden van de woonbebouwing en aan de ringvaart langs de Cruquius- en Bennebroekerdijk. Een grote plaatselijke onderneming is het aan de Spaarneweg gevestigde wegenbouwbedrijf van Vermeer NV met ruim 700 werknemers.
Het spreekt vanzelf dat de ongeveer 800 bewoners van Cruquius voor het merendeel van hun voorzieningen, winkels, scholen, kerken e.d. zijn aangewezen op nabij gelegen grotere plaatsen als Heemstede en in mindere mate Haarlem.
Kerkelijk valt Cruquius voor een deel onder de zorgen van de kerken te Vijfhuizen; het rooms-katholieke bevolkingsdeel - ongeveer de helft van de buurtbewoners - wordt echter pastoraal verzorgd vanuit Heemstede.